Faucons pour tous - 2009 - Valken voor iedereen
     

Faucons pèlerins de la Cathédrale des Saints Michel et Gudule--Slechtvalken bij de Sint Michiels en Goedelekathedraal
Institut royal des Sciences naturelles de Belgique. 
 Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen

Contenu - Inhoud

Historique-Historiek
Faits marquants 2009
-Opvallende feiten

Project-Projet-2009-News 
Project-Projet 2008
Project-Projet 2007
Project-Projet 2006
Project-Projet 2005
Project-Projet 2004
Proies-Prooien-2009
Documents-Documenten
Contacts-Contacten
Images-Foto's-archives-archief
Vidéos -Video's
Sponsoring-Bedanking
Plan d'Accès-Toegansgweg
Liens-Links


Avec  la collaboration de :
Met de medewerking van :


COWB


Avec  la participation de:
Met de deelneming van:







Entreprises Louis De Waele SA.
Ondernemingen Louis De Waele N.V.









 




 

 

De terugkeer van de Slechtvalk in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
(Traduction Walter Roggeman)

7 april 1973. Willy Suetens, briljant Belgisch ornitholoog  en voorzitter van het F.I.R., observeert een Slechtvalk op de rotsen van Waulsort nabij de Maas, niet ver stroomopwaarts van Dinant. Dit exemplaar was de laatste vertegenwoordiger van een soort die vele generaties lang in België broedde.

 Reeds vanaf 1950 begonnen  de aantallen Slechtvalken in veel Europese landen aanzienlijk te dalen om ten slotte in de jaren zestig en zeventig te verdwijnen in belangrijke delen van Europa en Noord-Amerika. De grootste boosdoener: de vergiftiging van de voedselketen met organische chloorwaterstoffen. De Slechtvalk was hiervan het grootste slachtoffer omdat de soort zich uitsluitend voedt met in de vlucht gegrepen vogels die op hun beurt hoge concentraties pesticiden bevatten die ze opstapelden bij het eten van besmette insecten of zaden. Deze pesticiden, waaronder het beruchte DDT, concentreerden zich beetje bij beetje in het organisme van vele prooivogels en richtten er onomkeerbare schade aan. De vogels werden eerst steriel en velen van hen stierven ook daadwerkelijk. Bovendien werd ook het mechanisme van het vormen van de eischalen verstoord, waardoor de dikte ervan afnam en het wijfje dikwijls de eieren tijdens de bebroeding brak. Naast deze “chemische” bedreiging vergeten we natuurlijk ook niet de directe vervolging door stropers die de laatste Slechtvalken afschoten of de nesten leegroofden. 

Het was 25 jaar wachten vooraleer de soort opnieuw in België tot broeden kwam. 

In 1994, op initiatief van het Fonds voor de Instandhouding van de Roofvogels (FIR) en in samenwerking met Electrabel, werd begonnen met het plaatsen van nestkasten op schouwen en koeltorens van een aantal Belgische electriciteitscentrales. Deze inspanning kende vrij snel succes vermits reeds in 1996 een eerste geslaagd broedgeval plaatsvond in een nestkast die op de koeltoren van de kerncentrale van Doel was geplaatst. 

Vandaag, in 2008, tellen we reeds een vijftigtal paren Slechtvalken in België  en sinds 1996 vlogen reeds bijna 400 jongen uit! Hoe kunnen we dit buitengewone succes verklaren? Eerst en  vooral werd  in de loop van de jaren zeventig het gebruik van de fameuze organische chloorwaterstoffen verboden. Vervolgens werd vogelbescherming een Europees thema en zag de bekende “Vogelrichtlijn” het levenslicht in 1979. Een aantal soorten, en voornamelijk de meest zeldzame en meest bedreigde zoals juist de Slechtvalk, werden aldus het voorwerp van een geconcerteerde bescherming in het geheel van de Europese Unie. Een zeer efficiënte maatregel! Maar ten slotte waren (en zijn) er natuurlijk de inspanningen van ontelbare vrijwilligers die de laatste nesten dag en nacht bewaakten, die deelnamen aan reïntroductieprogramma’s en die soortspecifieke nestkasten plaatsten. 

Vandaag broeden er bij wijze van spreken Slechtvalken van Oostende tot Aarlen. Ze bezetten nestkasten (ondermeer geplaatst door het Fonds voor de Instandhouding van Roofvogels), ze hebben bezit genomen van de klokketorens van kathedralen en ze hebben, na decennia lang afwezig te zijn gebleven, opnieuw de rotswanden van de Maas en de Amblève ingenomen waar hun verre voorouders altijd gebroed hebben. De meeste broedgevallen worden van nabij gevolgd om elk probleem onmiddellijk te kunnen melden en in de mate van het mogelijke worden de jonge valken geringd door de medewerkers van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen om de demografie, de mortaliteit en de verplaatsingen van de soort te bestuderen.  

In 2004 installeerde een paar Slechtvalken zich op een van de torens van de Sint Michiel en Sinte Goedelekathedraal, in het hartje van Brussel. Sinds (ornithologisch) mensenheugenis was dit nog nooit gebeurd. Deze gelegenheid was te mooi om het grote publiek niet te laten meegenieten van de schoonheid en de magie van de natuur temidden van een buitengewoon kader. Zo ontstond in 2005 het project “Valken voor iedereen - Faucons pour tous”. 


 © Thibaut Delsinne-IRScNB.